Over bevriezen en stagneren en de waarnemer die het tij kan keren

Het schemert in mij
Is het nu donker of is het licht?
Denken vertroebeld mijn ware (ge)zicht
Ik tril
Sluit me af
Adem vernauwd
Waarom dan toch
Reageer ik zo uit lijfsbehoud
Waarom
schrik ik vd rillingen in mijn wervelkolom?

Bang ben ik
verlammend en zo wezenloos
Toch geef ik gehoor
Ook al ben ik sprakeloos
Toen was er geen bedding voor wat ik verloor
Wat restte was een verdovende stilte
Én één en al oor
Nu voel ik het wel
Zij het nog kwetsbaar en broos
Is het nét anders
Ben ik niet meer stuurloos

Dit ontluisterende zijn belichamen
Haal ik mij op uit een schemergebied
Donker valt met licht weer samen
Ontdek mijn stem
Neurie zacht mijn zielenlied
Tonen trillen
Stellen mij gerust
Ja, ik herinner mij weer
Waarom ik mij ver weg had gesust
Het hoeft niet meer
Kom maar, blijf maar
Mijn bezieling wordt wakker gekust

Anka Steinfort